Oriëntalisme en de exotische mens

Ingang van het Senegalese Dorp. De Franse impresario Aimé Bouvier bouwde met de Senegalese dorpen een stevige reputatie op. Ze bezochten eerder Arras(1904), Luik (1905), Amiens (1906) en Roubaix (1911). Op de Expo van Brussel in 1910 was een gelijkaardig Senegalees dorp aanwezig.

Pal in het pretpark van het Citadelpark vatten 128 Senegalezen post. In hun dorp beeldden ze dagelijks taferelen uit voor de bezoekers. In ‘de keuken’, ‘de school’, ‘de wasplaats’, ... ensceneerden ze het leven in Senegal. In het weef-, en schoenmakersatelier en de botenwerkplaats presenteerden ze hun ambachten. De geciviliseerde taferelen moesten het publiek overtuigen van het succes van de barmhartige werken van de Franse kolonisator. Want hoewel het commerciële ondernemingen waren, hadden de mensentuinen een semi-officieel karakter en een duidelijke link met de koloniale context. Voor de tournee was over het algemeen toestemming nodig van de kolonisator en diplomaten werden ingeschakeld voor promotie en bemiddeling. In Gent was de algemeen commissaris van de Franse Koloniën aanwezig bij de opening van het Senegalese dorp.