Het was de eerste presentatie van Belgisch Congo op een Wereldtentoonstelling sinds de overdracht van Congo-Vrijstaat door Leopold II aan de Belgische Staat. Diverse tentoonstellingen moesten de vooruitgang van Congo aanschouwelijk maken. De jonge kolonie had immers behoefte aan kapitaal en mankracht. De Wereldtentoonstelling was daarom een ideale gelegenheid om het Belgische publiek te overtuigen van het koloniaal project.